
Bij wet van 16 december 2022 voerde de Belgische wetgever een tijdelijk plafond in op marktinkomsten van elektriciteitsproducenten. Met de inkomsten uit deze zogenoemde overwinstbelasting beoogt de wetgever de gevolgen van de uitzonderlijk hoge elektriciteitsprijzen naar aanleiding van de energiecrisis in 2022 voor consumenten te beperken. Daarmee gaf de wetgever gedeeltelijk uitvoering aan verordening (EU) 2022/1854 van de Raad van 6 oktober 2022 betreffende een noodinterventie in verband met de hoge energieprijzen. Verschillende elektriciteitsproducenten en sectorfederaties vorderen de vernietiging van de wet voor het Grondwettelijk Hof. Op 20 juni 2024 velde het Grondwettelijk Hof een kritisch tussenarrest waarin het vijftien prejudiciƫle vragen aan het Hof van Justitie stelde.